Kinderen in de instelling
Wanneer er geen gespecialiseerde ergotherapeut bij een instelling in dienst is, kan een ergotherapeut uit de eerste lijn ingeschakeld worden. De ergotherapeut werkt samen met alle betrokken behandelaars en verzorgers.
De kinderergotherapeut is gespecialiseerd in het behandelen en advies geven aan verzorgers van kinderen met bijvoorbeeld een meervoudige handicap. Denk hierbij aan het positioneren in de rolstoel, het spelen, of de verzorging thuis of op het dagverblijf.
De ergotherapeut kan als behandelaar samenwerken met een adviseur van de gemeente (WMO) en een leverancier, of ingeschakeld worden door de gemeente voor het uitbrengen van een complex rolstoel advies.
De kinderergotherapeut is gespecialiseerd in de neurorevalidatie voor kinderen vanaf 0 jaar (voorheen NDT) en sensorische informatieverwerking. Haar expertise ligt op het gebied van kinderen met niet aangeboren hersenletsel (NAH), aangeboren hersenletsel (Cerebrale Parese) en de eerste fasen van coma.
Kinderen op school
De kinderergotherapeut is gespecialiseerd in het observeren, testen en behandelen van kinderen die bijvoorbeeld:
- hun werk niet afkrijgen of een opdracht niet volledig uitvoeren
- moeite hebben met het schrijven van cijfers en letters
- problemen hebben met knippen of plakken
- een te hoog of te laag tempo van uitvoeren hebben
- zelf geen oplossingen kunnen bedenken als iets niet lukt in de klas
- niet stil kunnen zitten of veel zitten te ‘dromen’
- een lichamelijke of mentale handicap hebben en deelnemen aan het regulier- of speciaal onderwijs
De kinderergotherapeut is er ook voor de leerkracht. Veel gestelde vragen van scholen zijn:
- Wat kan ik doen om het mogelijk te maken dat dit kind mee doet in de klas?
- Heb je tips en adviezen over de inrichting van het lokaal/ gebruik van materialen, zodat alle kinderen er optimaal gebruik van kunnen maken?
- Wat zijn de mogelijkheden van dit kind met een beperking, wat kunnen we versterken en hoe pakken we dit aan?
Afhankelijk van de problemen en de leeftijd van het kind zal de kinderergotherapeut verschillende vaardigheden beoordelen. Bijvoorbeeld kleutervaardigheden, (fijn) motorische vaardigheden en procesvaardigheden. Hierbij wordt ook gekeken naar de visueel-motorische integratie, de sensorische informatieverwerking, het gedrag en de zithouding.
In de klas kan de ergotherapeut de School AMPS afnemen, waarbij de motorische- en procesvaardigheden worden beoordeeld terwijl het kind een activiteit in de klas uitvoert waar hij moeite mee heeft. Afhankelijk van de uitkomsten van de School AMPS zal de ergotherapeut praktische adviezen geven aan de juf en/of de ouders. Zo nodig worden de problemen van het kind verder geanalyseerd of getraind.